Overgangsbeleid
Wanneer mag je aan het eind van 2h/v over naar 3h/v?
Overgangsregels
Het Jordan wil leerlingen waar mogelijk laten doorstromen naar het volgende leerjaar. Doorstromen kan echter niet altijd. Daarom zijn er regels voor de overgang.
Wat beoordelingen betreft, geldt de volgende regel voor overgang van 2h/v naar 3h/v: de leerling geeft er blijk van het havo/vwo-niveau aan te kunnen.
In de praktijk betekent dit dat de leerling voor het merendeel van de vakken een ‘v’ of hoger voor inzicht heeft. Exact aangeven aan welke eisen de beoordelingen moeten voldoen, is niet mogelijk. Elke leerling is namelijk uniek. Het Jordan kijkt van geval tot geval wat het best voor de leerling is.
Wat de pensumstand betreft, gelden de volgende regels:
- leerlingen met een gemiddelde pensumstand van minder dan 53 punten worden sowieso niet bevorderd;
- leerlingen die bij een of meer vakken minder dan 40 punten hebben gehaald, worden sowieso niet bevorderd;
- leerlingen met een gemiddelde pensumstand van 53 punten of meer worden in bespreking genomen.
Per vak zijn 60 punten te halen en alle vakken tellen even zwaar mee in de gemiddelde pensumstand. Een leerling die gemiddeld minder dan 53 punten heeft, mist meer dan 10%. Over zo’n leerling wordt niet vergaderd, omdat bij voorbaat vaststaat dat die leerling niet over kan. Datzelfde geldt voor de leerling die minder dan 40 punten heeft bij een of meer vakken (een grote achterstand bij een enkel vak kan dus bevordering kosten). Heeft een leerling de 53-puntengrens wel gehaald, dan beslist de overgangsvergadering of de pensumstand volstaat voor overgang.
Gerichte bevordering naar 3havo
De meeste leerlingen kunnen in de derde zelf kiezen of (en wanneer) ze havo gaan doen. Maar van sommige leerlingen is aan het eind van de tweede al duidelijk dat havo beter voor hen is dan nog langer op h/v-niveau te blijven werken. In dat geval kan de overgangsvergadering beslissen om een leerling specifiek naar 3havo te bevorderen. De leerling blijft dan in dezelfde klas, maar werkt van meet af aan met een havopensumboekje. Zo’n gerichte bevordering naar 3havo kan alleen als een meerderheid van de overgangsvergadering voor stemt.
Havoleerweg
Een (zeer beperkt) groepje leerlingen volgt al in de tweede de havoleerweg. Die keus is onomkeerbaar. Leerlingen die in de tweede op havoniveau werken, doen in de derde dus ook havo.
Doubleren
Zo maar blijven zitten kan niet op het Jordan. Een leerling die niet bevorderd is, mag alleen in 2h/v doubleren als de vergadering daar in meerderheid voor stemt. Een leerling die niet naar 3h/v kan, mag dus niet altijd op het Jordan blijven. In sommige gevallen verzoekt het Jordan ouders om een andere school te zoeken. Dat doen we alleen als dat in het belang van de leerling is, als de vergadering verwacht dat deze leerling in ons onderwijssysteem geen diploma kan halen. Een andere school zoeken is niet niets. Daarom waarschuwt het Jordan hier tijdig voor.
Plan van aanpak
Wat als bij het eerste, tweede of derde verslag dreigt dat een leerling niet over kan? Dan nemen we maatregelen. De coördinator schrijft in zo’n geval een zogenaamde C-brief om de ouders te waarschuwen. Vervolgens stelt de mentor, samen met de ouders, een plan van aanpak op. Dat plan van aanpak bevat concrete maatregelen die ervoor moeten zorgen dat de leerling aan het eind van het jaar wel over kan.
Bijzondere gevallen
Voor leerlingen met bijzondere problemen (bijvoorbeeld langdurige ziekte) kan een uitzondering worden gemaakt. De vergadering kan besluiten dat de overgangsregels voor pensumstand niet gelden voor zo’n leerling. Als een ouder of mentor ziet aankomen dat een leerling vanwege bijzondere omstandigheden de gemiddelde pensumstand van 53 punten niet haalt of de grens van 40 punten per vak, kan die leerling als ‘bijzonder geval’ worden aangemeld bij de coördinator. Dat moet minstens drie dagen voor de overgangsvergadering gebeuren.
Revisievergadering
Wat nou als de overgangsvergadering, naar oordeel van de ouders, een verkeerde beslissing heeft genomen? Dan kan om een revisievergadering worden verzocht. De mentor dient het verzoek om een revisievergadering namens de ouders in bij de coördinator, uiterlijk twee schooldagen nadat de leerling de beslissing van de vergadering heeft gehoord. De coördinator van de jaarlaag beslist vervolgens of de docenten opnieuw over deze leerling vergaderen. Indien de coördinator het revisieverzoek afwijst, legt hij ouders en leerling uit op grond waarvan die beslissing is genomen. De coördinator kan alleen een revisievergadering uitschrijven als er nieuwe informatie is die tot een ander oordeel van de overgangsvergadering zou kunnen leiden. Als de coördinator het verzoek om een revisie afwijst, kunnen ouders in beroep bij de rector. Zij moeten hun bewaar tegen het afwijzen binnen twee dagen schriftelijk indienen.